Een voedselbos, eetbare bos(rand) of bostuin is een onderhoudsarm, duurzaam bosecosysteem voor voedselproductie met combinatieteelt van fruit- en notenbomen, struiken, kruiden, wijnstokken en meerjarige groenten. Het is zelfvoorzienend en klimaatbestendig, en geïnspireerd op een natuurlijk bos. Het lijkt sinds de jaren 1980 het meest natuurlijke en diverse teeltsysteem. Nieuw is het echter niet.
Een voedselbos is ook geen Aards Paradijs of Tuin van Eden waar de rijpe vruchten het jaar rond vanzelf in je mond vallen.
Mogelijk ons oudste voedselbos is Le Jardin Des Fraternités Ouvrières dat door Josine en Gilbert Cardon in 1969 in Moeskroen werd gestart.
In 2018 ontdekten onderzoekers dat de Amazone geen ongerept regenwoud was maar een door mensen gemaakt productiebos met onder meer gedomesticeerde planten als maniok, maïs, ananas, pepers en pompoenen, palmbomen en paranotenbomen (Bertholletia excelsa). De exploitatie zou al minstens 11.000 jaar toegepast zijn. Onder de oppervlakte werden ook grote, geometrische graafwerken (geogliefen) gevonden.
Op 10% van het Amazonebekken vindt men terra preta (do indio), een zeer vruchtbare zwarte grond die 1500 tot 2800 jaar geleden moet gemaakt zijn. Hij bevat veel houtskool, potscherven en visbeenderen. Terra Preta kan tot negen procent koolstof bevatten. De oudste is van 9.000 jaar geleden. Het systeem werd gebruikt tot 500 jaar geleden (toen kolonisatie en meegebrachte ziekten de bewoners uitmoordden).
In veel Afrikaanse landen bestaan (gemeenschappelijke) voedselbossen die homegardens genoemd worden.
In een actueel voedselbos worden zeven lagen of niveaus onderscheiden
- boom- of kruinlaag (grote (fruit)bomen, 8+ m) vb. walnoot, linde, kers, ginkgo
- tussenlaag (kleine bomen, heesters, 3 tot 8m) bijvoorbeeld mispel, hazelaar, cornus, decaisnea
- Struiklaag (kleine heesters, 1 tot 3m) bijvoorbeeld gojibes, jostabes, honingbes, aalbes, appelbes, wijnbes, krenten
- kruidlaag (0,20 – 1m) meerjarige groenten en kruiden als smeerwortel, brandnetel, varens
- bodembedekkers (0 tot 0,20m) bijvoorbeeld aardbei, postelein, bosbes, vossenbes, cranberry
- klimplanten (verticale laag): o.a. wijnstokken en klimmers kiwi bes, druiven, akebia
- schimmellaag of ondergrondse dimensie: wortels en knollen, vb. aardpeer.
(Soms worden (8) oever- en waterplanten, en (9) bodemschimmels en paddenstoelen ook vermeld.
Er wordt uiteraard bij voorkeur gewerkt met schaduwtolerante meerjarige groenten.
Aardbeiframboos (& Rubus illecebrosus, Japan) is een vaste plant, een bodem bedekkende struik van 60 tot 95 cm hoog die kan woekeren. Zoetzuur bittere vrucht.
Chocoladerank ( Akebia quinata) is een klimplant met zoet vruchtvlees.
Kaki(pruim, Diospyros kaki) is een boom uit de Himalaya. De vrucht moet narijpen om de bittere tannine af te breken. Het is familie van de dadelpruim, de vrucht van de lotusboom (Diospyros lotus).
Verschil bos - woud:
Een woud is puur natuur, en wordt in tegenstelling tot een bos, niet door mensen geplant, beheerd, gekapt of onderhouden.
Een oerwoud is ontstaan zonder tussenkomst van mensen.
Een bos is veel meer dan een verzameling bomen. Darwin beschreef reeds dat de beste, gezondste bossen die zijn met de grootste verscheidenheid aan bomen van verschillende leeftijden. Ze groeien 2 à 4 keer sterker met maximale koolstofopname en veerkracht tegen ziekte-uitbraken, snelle klimaatverandering en extreem weer.
Biocyclische veganlandbouw gebruikt alleen plantaardige meststoffen als compost uit een nabijgelegen natuurgebied en maaisel van onder andere vlinderbloemigen als klaver en luzerne. Grondlegger van deze nieuwe ‘No Shit Food Movement’ is de Duitse Adolf Hoops (1950). Ook het inkrimpen van de veel oppervlakte gebruikende huidige industriële veestapel wordt hiermee beoogd.
Natural farming & claimt nog wat verder te gaan dan voedselbossen, minder in te grijpen en de natuur zoveel mogelijk zelf aan het werk te laten.
Laten we niet te extreem en streng zijn, en blij zijn met ieder initiatief dat mens en het natuurlijk milieu zoveel mogelijk respecteert. Liever krachten bundelen, dan afwijzen wegens ‘niet goed genoeg’ (want we vinden zelf dat we het zelf beter doen).