Om voedsel van eigen teelt te bewaren zijn er meerdere methoden en technieken. Het is handig om dan meteen een hele oogst gelijk te verwerken.
Maar om groenten en fruit vers te eten is het niet handig als alles gelijk rijp of oogstklaar is. Tomaten, aardbeien, sla… daarvan eet je liever geregeld een portie, dan wel 20 kilo op 3 dagen. Er zijn een aantal mogelijkheden om het oogstseizoen te verlengen, of te vervroegen. Een aantal hiervan kan je ook combineren.
Vroege en late rassen
Voor groenten en fruit zijn er diverse rassen ontwikkeld, aangepast aan breedtegraad en klimaat. Het is dus mogelijk om zowel vroege als late rassen te telen. Je kan noordelijke (bv Russische) variëteiten gebruiken. Omdat je vaak maar enkele planten nodig hebt, kan je best met collega tuiniers afspreken om samen aan te kopen en de zaadjes te verdelen. Of met buren en familie af te spreken wie er vroege, en wie late bessen of (aard)appelen ed. plant. Zo kan je producten, overvloed en ervaring delen, en spreid je de risico’s i.v.m. ziekten en tegenvallende oogsten.
Spreid de zaaitijd
Zaai liever om de vier dagen enkele zaadjes (bv sla) dan wel alles in één keer.
Voorkiemen
Je kan enkele zaden vochtig en warm (bijvoorbeeld tussen keukenrol) laten voorkiemen. Ze zullen enkele dagen voor de ter plaatse gezaaide al goed ontkiemen en groeien.
Taaie zaden (erwten, bonen) kan je ook 24 of 36u in weinig lauw water laten weken en zwellen. Laat uitkomende worteltjes niet te lang worden, anders kunnen ze makkelijk breken bij het uitzetten.
Poters kan je enkele dagen aan daglicht blootstellen om flinke spruiten te krijgen.
Een bijkomend voordeel van kiemende zaden is dat ze vaak minder smakelijk zijn voor rivalen (wormen, vogels) en de opbrengst daardoor hoger kan worden.
Selecteer een locatie
Je kan zaaien of planten in een schaduwrijke en frisse hoek van de tuin, op een beschutte plek, of bij een warme muur. (Zie ook <Zuidmuur>) Of in de kas. Dat beïnvloedt de groei, en dus ook het oogstseizoen.
Een hellend tuinbed vangt zon en warmt sneller op.
Controleer het klimaat
Je kan een microklimaat scheppen door beschermende condities te benutten. Zaai bijvoorbeeld ook enkele zaden:
binnen op de vensterbank (op het zuiden, op het noorden,…),
binnen op de vensterbank in een doorzichtige (opengesneden) petfles of gebakverpakking
in een kas (serre) of plastic tunnel
onder een glazen klok of stolp in de tuin (je kan er ook een petfles zonder bodem over plaatsen, of een transparante plastieken zak over een (of 2) stokjes hangen.)
Je moet de plantjes voor het uitplanten afharden: ze geleidelijk aan laten wennen aan frissere temperaturen.
Met een "heat trap" of suntrap vang je in de tuin (of voedselbos) zon en warmte om een microklimaat te creëren. Je maakt hiervoor een min-of-meer halve maanvorm met hoge structuren (bomen, muren) aan de noordkant, en lagere uitlopers naar de maanpunten, tot een open zijde op de zuidelijke zonnekant. I.v.m. de klimaatopwarming moeten we dit in onze gematigde zone binnenkort misschien wel omkeren.
Potten
Zaai in bekers en potten. Die kan je binnen en buiten zetten, afhankelijk van het weer. Je kan de plant na afharden ook in volle grond planten. Als je perspotjes, of papieren of kartonnen kokertjes gebruikt, kan je die mee planten. En je kan natuurlijk ook een pot binnen, of in de kas laten staan.
Kweekbak
Is eigenlijk een minikas. Gewoon een houten (of stenen, metalen; maar hout is warmer) bak met een ruit er over. Hellend aangelegd om zoveel mogelijk zuiderzon en warmte te vangen in het voorjaar.
Broeibak
Een kweekbak met een warmte producerende mestlaag (<zie Broeibak>
Groeidoek
Je kan transparant plasticfolie over een groentebed leggen. Er bestaan ook ademende en geperforeerde folies. O.m. aardbeien worden zo vervroegd.
Warme kleuren
Zwart neemt warmte op, wit weerkaatst ze. Je kan sommige planten dus een andere ondergrond geven. Dat kan met plastiek (zoals bij aardbeien en worteldoek) maar ook met donkere compost en wit zand.
Niet alleen de temperatuur zal hoger zijn, maar ook de lichtopbrengst.
Keyhole Garden
De Keyhole Garden is een Afrikaans systeem om groenten te kweken in arme en droge omstandigheden. Centraal wordt er met takken een doorlatende compostschoorsteen (1 m hoog) gevlochten. Daarrond komt een verhoogd plantbed van gestapelde stenen (of wat je beschikbaar hebt). Vanaf die buitenring wordt er ook een smaller wordend pad naar de binnenring uitgespaard en gestapeld. (Dit vormt samen met de compostton van bovenaf gezien een sleutelgat.) Zo blijft de composthoop bereikbaar. De volledige bodem van het centrum krijgt een vochtdoorlatende laag van steen(afval).
Binnenin worden afvalwater en composteerbaar afval gestort. Dat vergaat traag, en levert voedingsstoffen en vocht voor de planten in het verhoogd perk. Zo kun je met weinig water en voedingsstoffen toch groenten kweken.
Deze compacte tuin is ook enigszins bestand tegen overstroming, en kan makkelijk met een net beschermd worden tegen dieren.
Ook in ons klimaat heeft de tuin met ingebouwd compostvat nut. Wie al een composthoop heeft zien dampen snapt het meteen: de compost geeft zijn warmte af aan de grond, waardoor het groeiseizoen langer wordt.
‘Eerste waarnemingen’ (van sneeuwklokje, hommel, nachtegaal…) werden door het KNMI van 1886 tot 1940 geregistreerd, en later door burgerwetenschappers aangevuld. Hieruit blijkt dat de lente nu (2021) 21 dagen vroeger komt dan 50 jaar geleden, en het najaar 10 dagen later. In principe is het groeiseizoen dus langer.
De zaï techniek wordt in arme (zand)gronden en onvruchtbare woestijngebieden gebruikt. In zaai- en plantputten wordt organisch materiaal gedumpt om planten als in potten te kweken en van voedingsstoffen en vocht te voorzien.
Toppunt van discriminatie: alle plantjes water geven behalve de afrikaantjes.