Voedingsindustrie

Van mammoet tot Big Mac, lezenswaardig boek van Staf Hendrickx geeft hierin een verhelderend inzicht.

“De vier grootste agromultinationals (Cargill, Tyson Foods, Brf en Alltech) controleren ongeveer 42% van de wereldvoedselmarkt, 82% van het rundvlees, 63% van het varkensvlees en 53% van de braadkippen. De Amerikaanse vleesindustrie had in 2011 een omzet van 186 miljard dollar, meer dan het bnp van Hongarije of Oekraïne. De Amerikaanse grootwarenhuisketen Walmart staat met een jaaromzet van 482,1 miljard dollar op nummer 10, voor landen als Spanje, Nederland en Australië.

In 2011 verhandelde de beurs van Chicago voor meer dan 4.400 miljoen ton tarwe terwijl de totale wereldproductie slechts 1.850 miljoen ton was. Op één dag wordt in Wall Street evenveel geld verhandeld als de opbrengst van de hele Belgische economie in vier maanden.

In de geglobaliseerde wereld verhuist het voedsel naar waar het geld zit. Als jij in de supermarkt een ananas voor 2 euro koopt, dan gaat 41% daarvan naar de supermarkt, 38% naar de multinational, 17% naar de plantage-eigenaars en slechts 4% naar de landarbeiders.

Zelfs in de restaurantwereld veroveren multinationals de internationale markt met McDonalds als number one, gevolgd door Yum!Brands, de eigenaar van KFC en Pizza Hut, en verder Starbucks, Burger King en Subway.

Na de Amerikaanse supermarktketen Walmart met 2,2 mio werknemers is McDonald’s nummer 2 met 1,5 mio personeelsleden. De term ‘een McJob’ staat ondertussen voor een laag betaalde job zonder promotiekansen.

Gigantische hoeveelheden voedsel worden verwerkt tot veevoeder: 16% van alle tarwe, 68% van alle maïs, 68% van alle gerst, 77% van alle soja. Zo importeert de EU jaarlijks 40 mio ton soja, voornamelijk voor veevoeder. Daar heb je 15 mio ha landbouwgrond voor nodig in Amerika.

Grote hoeveelheden soja, maïs en palmolie worden ook verwerkt tot biobrandstof.

Tijdens de voedselproductie en -verwerking gaat in EU alleen al 30% of 89 mio ton verloren.”

In feite moeten we terugkeren naar het principe dat niemand eigenaar is van de aarde, zeker niet die 1% superrijken, maar dat we samen het tijdelijk vruchtgebruik hebben gekregen.