Lak bestaat uit hars opgelost in een weekmaker als terpentine. Moderne kunststoflakken zijn meestal op waterbasis. Er zijn ook lakken op basis van natuurlijke grondstoffen.
Het bereiden van lak (lakstoken) is ingewikkelder dan verfbereiding. Er wordt terpentijn en lijnolie bij gebruikt. Het stoken stinkt, en veel recepten waren beroepsgeheim.
Schellak is een type was gebruikt voor lakzegels, als afdichtingsmiddel in de houtbewerking en voedingsnijverheid, bij het maken van watervaste inkten en als isolatielaagje voor koperdraad van transformatoren en smoorspoelen.
Schellak wordt ook wel onterecht luizenpoep genoemd. De grondstof, oorspronkelijk uit Indië, wordt gewonnen op basis van het beschermingsschild dat een boomluis (Laccifera lacca) maakt om zichzelf en de eitjes te beschermen. Het wordt van takken en bladeren geschraapt, in alcohol opgelost en dan gefilterd en vervolgens aangemaakt met bv. lijnzaadolie. Daarna wordt het gekookt om de juiste viscositeit te krijgen.