Groente en fruit zijn eetbare delen van planten, maar geen exacte plantkundige termen.
Fruit is de verzamelnaam voor suikerhoudende eetbare vruchten en schijnvruchten (:aardbei, met pitjes op de buitenkant) van houtig gewas. Een vrucht is het eetbare deel van een plant dat de zaden bevat. Sommige zaden zelf worden samengevat onder de term noten. Rijp fruit is meestal zoet en wordt vaak rauw gegeten.
Groente is de verzamelnaam voor alle andere eetbare delen van planten.
Groente komt van eenjarige planten en fruit van meerjarige.
Twijfelgevallen zijn tomaat, een vrucht die tot de groenten wordt gerekend, en rabarber die als een groente uitziet maar ook als fruit verwerkt wordt in zoete gerechten.
Aardappel wordt meestal tot groenten gerekend, maar soms ook als aparte categorie gezien.
Het Amerikaanse Hooggerechtshof bepaalde in 1893 i.v.m. het verschil in belastingen er op, dat een tomaat een groente is en geen fruit (met (zoetige) (schijn)vruchten)– omdat ze als groente gegeten wordt.
Het hangt er vanaf hoe technisch je het benadert, of vaak nog belangrijker: hoe culinair.
Ook avocado’s, komkommers, pepers, paprika, olijven, pompoen en courgettes zijn eigenlijk fruit.
De ingewikkeldste van allemaal zijn de erwtjes. De schil is een groente en de bolletjes binnenin zijn fruit.
Aubergines behoren niet alleen tot de noemer fruit, ze zijn ook nog eens verwant aan de familie van de bessen
Wilde-appelsoorten werden via natuurlijke selectie 12 à 5 mio jaar geleden) steeds groter en aantrekkelijker voor grote dieren. Mammoeten e.a. verspreidden pitjes van de zo geselecteerde soorten.
Onze huidige appels, perziken, abrikozen, druiven, noten en meloenen komen uit het bergachtige deel van Centraal-Azië. Er werden zaden gevonden langs de zijderoute o.a. in de buurt van Tashbulak (Pamir-gebergte, oost Oezbekistan) op een hoogte waar geen bomen voorkomen. Duizend jaar geleden werden ze dus al vervoerd en verhandeld naar het Middellandse Zeegebied . Door kruisen en enten werden soorten verder gedomesticeerd.
