papyrusVan de driehoekige stengel van de Cyperus papyrus (een oeverplant) wordt de schil voor manden en vlechtwerk gebruikt, het binnenste in lange, dunne repen snijden en enkele dagen in water weken.
Met een rol plat en het water er uit persen. Vroeger werd het gehamerd. Twee lagen van overlappende stroken dwars op elkaar leggen.
De vellen als papier telkens tussen droog vilt persen en in de pers laten drogen. Met een steen gladpolijsten. Het werd vroeger op rol, later in vellen gebruikt.

In ons vochtig klimaat gaat het schimmelen en rotten.

De Romeinen schreven met een kraspen of stylus op houten bordjes met bijenwas om notities te maken. De waslaag werd later gladgestreken en was weer klaar voor hergebruik.
Daarvoor werden ook kleitabletten gebruikt.

Tapa-doek (heeft meerdere benamingen, als masi e.a.) is een boombastdoek op de eilanden van de Stille Oceaan, (meestal) gemaakt van de papiermoerbeiboom (Broussonetia papyrifera, ook voor papier gebruikt). De buitenste schors wordt afgeschraapt of afgesplitst. De binnenste wordt in handbrede en persoonslange strips gesneden, gedroogd, dan doorweekt en geplet tussen houten hamers en aambeeld tot een breedte van ca. 25cm. Met eventueel wat zetmeel (maniok) als lijm worden stroken (als papyrus) kruislings op elkaar geslagen in 2 à3 lagen. Het ‘doek’ wordt versierd met figuren in licht reliëf en bruine kleuren.

In het boek van het leven staan de antwoorden niet op de rug.
 (Charley Brown)